Georgie en Armenie (23 aug - 11 sept)

10 september 2014 - Tbilisi, Georgië

Beste vrienden en familie,

Excuus voor mijn aanhoudende stilte, maar er is zoveel te zien en te doen dat het er steeds bij inschiet. Hieronder een impressie van deze twee bijzondere landen. Tweede excuus is voor de lengte van dit verhaal, lees het maar als je wilt en zoniet dan ben je het zeker niet verplicht.

Tijdens dit schrijven zit Martin inmiddels al 3 weken comfortabel de vakantieganger uit te hangen naast mij in de auto.   

Georgië part one

Georgië begon met het idyllische Tbilisi, oude straatjes, vriendelijke mensen een shabby kunst pleintje met wat oude spullen, waaronder een vrij gedetailleerde Russische kaart van Nederland, welke Martin heeft toegevoegd aan zijn nieuw begonnen collectie.

Lianne, (mijn zus) en Joop (haar vriend) vliegen op 24 augustus terug naar Holland om het “gewone” leven voort te zetten. Bij Geo-Land kopen we alle wandelkaarten van de Georgische berggebieden. Het is genieten in Tbilisi.

Na de “kiss and wave” sessie met Lianne en Joop, vertrekken Martin en ik naar de bergen bij Kazbegi. Zowel Georgië als Armenië hebben een rijke Christelijke historie. Vele oude kloosters en kerken passeren de revue. Ananuri aan het mooie stuwmeer halverwege de Military Highway, de klim naar Trinity Church, prachtig te zien vanuit het bergdorp Kazbegi. De eerste nacht proberen we in het wild te staan, maar het breken van mijn tentstok bleek een voorteken voor de stortbui die 2 minuten daarna begon. We eindigden uiteindelijk zeiknat in een nieuw hotel waar echt alles uit elkaar valt wat je aanraakt, waar we de enige gasten zijn en waarvan alle stopcontacten in brand hebben gestaan. De bedden zijn goed gelukkig en de spullen worden weer droog. We spenderen twee mooie lange wandeldagen in de bergen, waarvan 1 vanuit Juta in Snow valley naar een col op 3300 meter.

Onze plannen buigen in de richting van Armenië, want wanneer kom je daar nu weer. Maar eerst gaan we, via een nachtje Tbilisi, naar het prachtige verlaten David Gareja klooster, waar ooit in een paar dagen 6000 monniken zijn afgeslacht door de Ottomanen en waar nu nog de uitgegraven onderkomens en kerken ons doen verbazen. Afgelegen, neerkijkend op Azerbaijan, is dit echt een must see als je ooit in Georgië bent. Je kunt er ook mooi wildkamperen een stukje verderop.

Armenië

Armenie begint iig bij de grens, zoals veel landen. Daar blijkt de eigen auto het land mee innemen wel wat voeten in de aarde te hebben. Op 3 verschillende plekken moet ik flink betalen voor Armeense begrippen en daarna een speciale verzekering aanschaffen om door te mogen. Ze noemen een bedrag, je geeft het geld, je krijgt kopietjes met onleesbare tekst en stempels en je bent blijkbaar ok. De wegen in Noord Armenië zijn ok en vooral prachtig, diepe dalen, veel groen. Wildkamperen lukt niet vanwege windkracht 6, dus een hotel aan Lake Sevan dan maar. Lake Sevan zou in potentie een Balaton-meer kunnen zijn, maar het hotel is wederom niet af, al staat het er al jaren. De mensen hebben geen idee wat je als toerist zoekt, er zijn zeer weinig borden en het is overal een bende, al was dat in Georgië niet veel anders. Uiteraard vinden wij het wel, maar het zou zo mooi kunnen zijn als de randvoorwaarden net iets beter waren, misschien in de toekomst.

Armenië is wel weer een klap armoediger dan Georgië. De Armenen zijn eeuwen lang gemangeld en verdreven door Turken, Ottomanen en Russen. De Turken hebben tijdens WOI de helft van de bevolking uitgemoord, al ontkennen ze dit stellig. Veel Armenen wonen nog in Oost-Turkije en vinden dus ook dat dit deel aan Armenië toebehoort. De Ararat ligt op veel kaarten in Turkije, maar er is geen Armeen die niet vindt dat de kaart verkeerd getekend is. Ze zijn vriendelijk maar druk met overleven. Er zijn bijna geen toeristen in het land en dan enkel op de geijkte plekken. Je kunt er prima reizen ook zonder auto, al gaat alles met de rugzak wel wat langzamer. Wel is het er warm in de zomer, want nu in september was het soms al bijna niet te doen.

Afval opruimen is iets voor westerse mensen. Hier worden complete zakken uit het raam gegooid waardoor langs de wegen het afval zich ophoopt. Op alle plastic flessen in dit land kun je Nederland laten drijven. Zelfs binnen de hoog aangeschreven ruïnes ligt het afval overal en wordt het tevens niet opgeruimd. Al moet ik bekennen dat het opruimen van je zooi bij ons in Nederland ook niet vlekkeloos verloopt, ik denk dan vooral aan de bergen troep die leerlingen op tafel achterlaten na de pauze, alsof iemand anders dat wel even voor ze oppakt. Kan me daar mateloos aan storen, maar vrees dat het in Armenië en Georgië geen zin heeft om mensen hierop aan te spreken.

Na een nachtje kamperen op 2000 meter aan een rivier waar ’s nachts blijkbaar de lokale bevolking op eenden komt jagen, eindigen we via een prachtige autorit in hypermodern Yerevan. Yerevan staat in schril contrast met de rest van Armenië. Hier komen de luxe winkels, moderne terrasjes, dikke audi’s en hippe muziek je tegemoet op een manier dat het mij iig al snel verveelde. Er zijn bijna geen bezienswaardigheden al zijn sommige straten wel mooi. Je kunt er goed rondlopen en heel veel eten. Sla je echter een straatje later linksaf sta je tussen de armste mensen van het land, wonend in vervallen huisjes. De Armeniërs die in het centrum leven behoren tot de rijkere lagen van de bevolking en spenderen veel geld aan uiterlijk vertoon. Een deel zal het zich ongetwijfeld kunnen veroorloven, maar een deel wil graag meedoen met dit leven en raakt daardoor verwikkeld in een tweestrijd van “eigenlijk niet kunnen maar wel heel graag willen”.  Het historisch museum was wel interessant, maar had wat weinig Engelse vertaling. In de avond komen dergelijke steden tot leven en wemelt het van de mensen, iedereen loopt wat rond en drinkt een drankje. De fonteinen-show op het Freedom Square vanaf 21:30 is leuk om te zien.

Na 1,5 dag Yerevan gaan we de Mt. Aragats maar eens nader bekijken. Slechts 50 km van de hoofdstad ligt namelijk een 4000 meter hoge vulkaan die redelijk eenvoudig te beklimmen is. De rit naar het Meteo onderzoekscentrum op 3200 meter is al een treat opzich, maar het uitzicht over lager Armenië overtreft de rit. Het bed wat we weten te bemachtigen in het onderzoekscentrum is wat gedateerd maar heeft 31 dekens en vooral de gastvrijheid is groots. ’s Avonds zitten we foto’s te kijken op de kamer van onze 66-jarige gastheer, die vertelt over de stuifsneeuw in de winter, wanneer slechts eens in de twee maanden gewisseld wordt met de andere 5-koppige ploeg omdat vervoer naar boven ondoenlijk is met 5 meter sneeuw en -30 graden. De verschillende gebouwen zijn verbonden met tunnels zodat het personeel niet naar buiten hoeft. In de Sovjet-tijd waren er 300 wetenschappers op zoek naar nieuwe sterren en kennis over de straling van de zon en het aardmagnetisch veld.

De volgende dag vertrekken we om 6:00 richting de top van Mt. Aragats, tevens de hoogste berg van Armenië. Na 2 uur sluit Johanna, een Oostenrijkse kunstenares met veel bergsport ervaring, zich bij ons aan en om 11 uur staan we op de top. Het uitzicht is mooi, de granaat lanceringen van het Armeense leger onderaan de berg enigszins verontrustend, maar ze zijn vast aan het oefen en schieten niet op de top. Na een wat lange rustige terugtocht zijn we blij met onze outdoor/opwarm pasta en wat koffie na. Heerlijke dag en toch ff een 4000’er afgevinkt, dat doe je niet zomaar in de Alpen.

Tijdens onze rondleiding de volgende ochtend zien we een glimp van de gedateerde methoden die nu nog hun dagelijkse metingen doen, blijkbaar is de geldkraan behoorlijk minder hard gaan stromen sinds moeder Russia niet meer met de scepter zwaait op de berg.

Johanna moet dezelfde kant op en besluit mee te rijden tot in Georgië. We doen Gyumri aan, maar laten het nationale park de volgende dag links liggen omdat we behoefte hebben aan groen en dat is over de grens in Georgie. Ik heb geleerd dat de kleur groen me erg dierbaar is. De uitgestrekte droge vlakten in Armenië zijn prachtig, maar na een tijdje wil ik bomen, bosjes en gras. Dat wordt in Iran nog lachen iig. Overigens is er in Gyumri bijzonder weinig te doen, echter kun je met wat slenteren en mensen kijken best een middag en avond vullen. Eet geen voedsel waar meer kaas op zit dan je ooit hebt gezien.

Georgië part 2

Georgië lonkt en nadat we de grens over zijn rijden we al snel door mooie gorges en groene valleitjes. De weg die dag is fenomenaal mooi. Borjomi met noodweer, rivieren over straat en een over de top fout restaurant sluiten de dag af. De volgende dag eindigen we in Kutaisi in midden Georgië, een authentieke stad. Het is heerlijk sjokken over de vele markten waar de locals hun dagelijkse boodschappen doen met vriendelijk rumoer. Ook hier zijn geen toeristen en de mensen zijn er zeer vriendelijk en verkopen wodka van onder de toonbank of bieden koffie aan als je net weg wilt.

Svaneti is het bekendste berggebied van Georgië, met als trekpleister de idylische stad Mestia. De aanrij-dag vanuit Kutaisi is vrij regenachtig, maar de weg is nog zoveel mooier dan de Military Highway die je naar Kazbegi brengt. We slapen bij tante Nora in een home-stay in het laatste dorpje van het dal voorbij Mestia, waarbij er een kamertje voor gasten is ingericht en je eet wat de pot schaft. Tante Nora is een soort feeder en maakt alles met kaas en brood en vet op haar kleine kacheltje. De werkloze dochter van 38 en haar zoontje van 8 leven ook in het huis. De volgende dag als we gaan lopen naar een nabijgelegen gletsjer, krijgen we een zak van 4 kilo brood met kaas mee. Na een kilometer druipt het vet al van de tas in het vest van Martin en besluiten we toch maar wat te doneren aan de koetjes. Het is goed bedoeld, maar we hoeven de oorlog tegen de Russen niet te winnen die dag. De gletsjer bereiken we nooit, want het pad wat we perse moesten nemen van Nora, blijkt na 4 uur omhoog sjouwen totaal overwoekerd omdat het nooit wordt gebruikt. Denk dat tante Nora daar in 1956 nog een keer was wezen kijken. Het andere pad wat wel duidelijk op de kaart stond had ons vast wel gebracht bij onze eindbestemming, maarja we hebben lekker gelopen iig.

Die nacht gaat tante Nora ’s nachts uit bed om onze gewassen kleren van de verdrinkingsnood te redden, want de regen valt met bakken uit de lucht. Onweer is onze wekker en na een enorm ontbijt rijden we, door rivieren die de dag ervoor wegen waren, naar Mestia. Daar blijkt het weer de komende dagen slecht te blijven dus tuffen we na enig beraard met hangende hoofden maar richting het zuiden. Het mooie dal van Mestia zien we bijna niet meer, maar de weg is wederom genieten. Svaneti heeft 1 zonnige dag en heel veel regen gegeven. Achteraf wat veel benzine voor 1 wandeling, maarja…….gelukkig bleek tante Nora geen fifteen maar fifty te hebben gezegd toen we vroegen naar de prijs, dus al dat vet wat ze ons heeft voorgezet heeft ze goed weten te verkopen. Onvergetelijk dat sowieso.

We rijden naar Batumi, de beroemde badplaats van Georgië, waar veel locals hun zwembroek jaarlijks schijnen te benutten. Het is hier niet normaal zo groen, bijna tropisch, we weten al snel waarom. We passen niet meer in het hostel, maar de Russische buurvrouw heeft ook een mini kamertje met 2 bedden. Haar zoontje van 12 zit op een donderdagavond tot half 1 voor de TV in het donker, maar wij slapen lekker met onze oordoppen in. Deze dag is er geen zwembroek te zien, want ook hier is het zeiknat. Het kiezelstrand is nog wel mooi en ook de markt houdt ons even zoet, maar de regen is doortastend en houdt aan. Na een paar uur dringt de donkere lucht door tot in mijn brein en ben ik het hier spuugzat, we moeten door. Voor je het weet zijn we de stad uit en staan weer in Turkije op het strand na een duik in de Zwarte Zee. Ik voel me al veel beter, ookal regent het nog steeds.

Kus

Foto’s

5 Reacties

  1. Lianne:
    16 september 2014
    Leuk verslag, broer. Ik hoor het je vertellen. XX
  2. Maaike van twist:
    17 september 2014
    Hoi Andre,

    Wat ontzettend leuk om dit uitgebreide verslag te lezen, ik zie het bij wijze van spreken voor me! Geniet er maar van hoor, het vliegt vast voorbij!

    Liefs,

    Maaike van Twist
  3. Floor:
    19 september 2014
    Hello,

    Ik sluit me aan bij Maaike, heel fijn geschreven en dus ook te lezen!
    En als je in Iran geen zin hebt in droge vlaktes: gewoon boven den Alborz mountains blijven, daar is het altijd groen (en vaak nat).

    Floor
  4. Dieuwke:
    22 september 2014
    Hi mop,

    wauw wat een avontuur beleef jij. Ben heel benieuwd naar foto's van de kloosters en stadjes.

    Dikke knuf

    Dieuwke
  5. Renske:
    22 september 2014
    Ha André,
    Leuk verslag, benieuwd naar de volgende landen en verhalen!
    Groetjes,
    Renske